Publicatie:Wat heeft de recente Europese auteursrechtenhervorming opgeleverd?

Uit Cultureel Erfgoed Standaardentoolbox
Naar navigatie springen Naar zoeken springen


Samenvatting

Bij (digitaal) gebruik en hergebruik van hun collecties dienen bibliotheken, archieven en documentatiecentra de auteurswetgeving te respecteren. Op 7 juni 2019 trad er een nieuwe hervorming in werking inzake auteursrechten en naburige rechten in de digitale eenheidsmarkt.


Referentie
Titel Wat heeft de recente Europese auteursrechtenhervorming opgeleverd? (Voorkeurstitel)
Locatie META nummer 2019/7
Uitgever
Jaar van uitgave 2019
Rechten CC-BY-SA
Persistent ID


Auteur

  • Annelies Van den Berghe (PACKED vzw / VIAA)
  • Rony Vissers (PACKED vzw / VIAA)

Richtlijn inzake auteursrechten en naburige rechten in de digitale eenheidsmarkt

Bij (digitaal) gebruik en hergebruik van hun collecties dienen bibliotheken, archieven en documentatiecentra de auteurswetgeving te respecteren. Op 7 juni 2019 trad de Richtlijn 2019/790 inzake auteursrechten en naburige rechten in de digitale eenheidsmarkt in werking. Tegen 7 juni 2021 dient ze door de EU-lidstaten, inclusief België, te worden omgezet in nationale wetgeving. De nieuwe richtlijn had de ambitie om de diverse auteurswetgevingen van de Europese lidstaten te harmoniseren, en ze aan te passen aan de nieuwe realiteit die is ontstaan door de digitalisering van de samenleving. De Europese overheid is daarin onvoldoende geslaagd.

We kunnen hier niet alle bepalingen en wijzigingen van de richtlijn in detail bespreken. Bovendien moet ze nog worden omgezet in de Belgische wetgeving. Toch sommen we alvast enkele belangrijke punten op die van belang zijn voor de praktijk van bibliothecarissen, archivarissen, en documentatiemedewerkers.

Beschermingsduur

Wat het voor veel bibliothecarissen, archivarissen, en documentatiemedewerkers vooral lastig maakt om de werking van hun instelling aan te passen aan de nieuwe digitale realiteit, is de lange auteursrechtelijke bescherming tot zeventig jaar na overlijden van de auteur. Daardoor is het vaak moeilijk of zelfs onmogelijk om materiaal dat nog geen honderdvijftig jaar oud is digitaal te ontsluiten… Spijtig genoeg verandert de hervorming daar niets aan. Men heeft de kans laten liggen om de auteursrechtelijke beschermingstermijn te koppelen aan een registratieplicht, en vervolgens de beschermingstermijn zonder registratie in te korten. [1]

Tekst- en datamining

In de nieuwe richtlijn gaat wel veel aandacht naar uitzonderingen op het auteursrecht. Een nieuwe uitzondering die de lidstaten moeten implementeren, is die voor tekst- en datamining voor zowel onderzoeksinstellingen als culturele instellingen. Tekst- en datamining is een geautomatiseerde analysetechniek om uit ongestructureerde data (tekst) en gestructureerde data (data in databases) informatie en kennis te extraheren, bv. patronen of onderlinge verbanden. Deze uitzondering is een belangrijke realisatie.

Vote On The New Copyright Regulation European Union 2019

Out- of- commerce works

Een andere nieuwe uitzondering is die op het gebruik van werken die niet of niet meer in de handel zijn (de zogenaamde uitzondering voor out- of- commerce works). Een werk is niet meer in de handel wanneer “te goeder trouw kan worden aangenomen” dat het materiaal niet beschikbaar is voor het publiek “via de gebruikelijke handelskanalen” en “nadat een redelijke inspanning is geleverd om te controleren of het beschikbaar is voor het publiek”. De vaagheid van de begrippen maakt het voor de lidstaten mogelijk om zelf te bepalen wanneer een werk precies out-of-commerce is. Cultureel erfgoedinstellingen zullen out-of-commerce werken helaas enkel online kunnen aanbieden als ze een collectieve licentie afsluiten via een representatieve beheersvennootschap. Als er geen representatieve beheersvennootschap is, dan geldt er een wettelijke uitzondering, maar blijft verzet van rechthebbenden mogelijk. Deze uitzondering blijft bovendien beperkt tot de permanente collectie. Met ‘permanent’ wordt bedoeld dat de instelling de werken in bezit heeft of permanent bewaart via bv. depotgeving. Daardoor blijven de vele werken die instellingen in langdurige bruikleen beheren buiten de scope van de uitzondering.

Onderwijs, onderzoek en preservering

Enkele andere uitzonderingen die de nieuwe richtlijn oplegt aan de Europese lidstaten zijn in het verleden al opgenomen in de Belgische auteurswet: de uitzonderingen voor onderwijs, onderzoek en preservering. Wat preserveringsuitzondering betreft, dient te worden opgemerkt dat ze ook enkel geldt voor digitale preserveringskopieën van werken die permanent tot de collectie behoren. De bepaling klaart een aantal onduidelijkheden uit, maar blijft even strikt als in het verleden. En over online toegang tot de digitale kopieën zegt de richtlijn niets. Wat de onderwijsuitzondering betreft, kan worden opgemerkt dat de richtlijn voorziet dat licenties deze kunnen annuleren. Dat creëert volgens sommigen het precedent dat de uitzonderingen in de auteurswet niet langer betrouwbaar zijn.

Vooruitgang?

Er is met de hervorming dus enige vooruitgang geboekt, maar veel minder dan gehoopt. Verder blijft het ook afwachten of er bij de omzetting van de richtlijn naar de Belgische wetgeving voldoende rekening zal worden gehouden houdt met de belangen van bibliotheken, archieven en documentatiecentra én die van hun gebruikers.

Voetnoten

  1. Zoals Willem Vanneste bepleitte in het in META nummer 2019/1 verschenen essay “Auteursrechten voor 20 jaar!”.